Om leidingsystemen/waterinstallaties bacteriologisch betrouwbaar te maken worden deze allereerst grondig gereinigd (spuien, proppen, etc.) alvorens een desinfectiemiddel als bijvoorbeeld chloorbleekloog, waterstofperoxide, etc. wordt toegepast (tal van desinfectiemiddelen beschikbaar). Monstername zal uitwijzen of desinfectie van het systeem geslaagd is.
Bij het bacteriologisch maken en behouden van water kan naast de toepassing van de reeds genoemde standaard chemicaliën eveneens gedacht worden aan: